Home - Nieuws - OPINIE | De overheid moet ook zelf bijdragen aan de rekening van financieel toezicht
04 december 2024

OPINIE | De overheid moet ook zelf bijdragen aan de rekening van financieel toezicht

In tien jaar tijd stegen de kosten voor financieel toezicht in Nederland met 53%. Om de kosten te temperen en het vestigingsklimaat te bevorderen, moet de overheid reflecteren en meebetalen, schrijft Jeroen van Wijngaarden.

Link naar artikel

De regering heeft een duidelijke ambitie: het vestigingsklimaat voor bedrijven verbeteren. Gelet op de mondiale concurrentieslag om kapitaal, is dat zeker nodig. Aandacht voor de financiële sector ontbreekt echter in de plannen. En dat terwijl de totale toezichtkosten van de twee financiële toezichthouders, de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en De Nederlandsche Bank (DNB), de afgelopen tien jaar met maar liefst 53,37% zijn gestegen. Die kosten komen volledig voor rekening van de financiële sector.

Dit jaar werd duidelijk dat de AFM tegen haar financiële grenzen aanloopt, omdat het niet mogelijk is om de toezichtkosten volledig door te berekenen aan partijen in de financiële sector. Vanuit de AFM kwam dan ook het verzoek voor een overheidsbijdrage, specifiek voor het ‘cryptotoezicht’ – iets waar het ministerie van Financiën nog niet in meegaat.

De grote kostenstijging en het AFM-verzoek vragen om een brede herbezinning op de vraag of het gepast is dat de overheid nu helemaal geen financiële verantwoordelijkheid neemt voor goed financieel toezicht.

Overheidsbijdrage

Tot tien jaar terug droeg de overheid wél haar steentje bij aan financieel toezicht door de AFM en de DNB. Een begrotingstekort van 2,3% in 2014 leidde ertoe dat die overheidsbijdrage werd afgeschaft. Sindsdien draagt de sector alle toezichtkosten zelf. Het kabinet vond destijds dat een beperkte groep uit de financiële sector in hoge mate profiteert van het toezicht.

De Raad van State oordeelde anders: niet alleen de financiële sector profiteert van goed toezicht, ook de gehele maatschappij. Goed financieel toezicht dient het publieke belang. Dat lijkt ook de reden te zijn waarom andere toezichthouders, zoals de Autoriteit Consument & Markt (ACM), wél kunnen rekenen op een overheidsbijdrage.

Niemand hoeft medelijden te hebben met de financiële sector, maar gelijke monniken, gelijke kappen zou het devies moeten zijn. Wordt het niet tijd om weer een vorm van overheidsbijdrage in te voeren? Een onafhankelijke adviescommissie met een vertegenwoordiging uit het financiële bedrijfsleven zou hierbij kunnen helpen.

Los van principiële punten over de financiering van toezicht, is inzicht in het beteugelen van de kostengroei zelf van belang. De kosten van financieel toezicht stijgen in Nederland sterker dan in andere Europese Unie-landen. Sinds 2014 namen de heffingen van AFM en DNB elk jaar toe, met respectievelijk meer dan €60 mln en meer dan €110 mln in tien jaar tijd. Tijdens de kabinetsformatie bleek dat het kostenkader, waarin de kosten voor de komende jaren worden beraamd, de komende vier jaar wederom met €17 mln zal stijgen. Voor alleen al de vermogensbeheersector stijgen de toezichtkosten in 2025 met €8,8 mln, een stijging van 41% in één jaar.

Europese benchmark

Nu Europese regels en Europees toezicht naar elkaar toegroeien, is het zinvol om een Europese benchmark te ontwikkelen. Daarmee kan zowel het kostenniveau als de kostengroei van financieel toezicht in lidstaten worden vergeleken. Dit past bij het kabinetsstreven naar een goed vestigingsklimaat en een gelijk speelveld – de toezichtkosten en de bijdrage van Nederlandse financiële instellingen hieraan horen niet uit de pas te lopen met landen met een vergelijkbaar toezichtmodel. Nederland wil stijgen op de mondiale lijstjes, maar staat nu bovenaan het verkeerde lijstje: kostengroei.

Er zijn verschillende oorzaken voor de structurele kostenstijging. Nieuwe en uitgebreidere Europese wetgeving, zoals het cryptowetgevingspakket Micar of ict-framework Dora, is de voornaamste reden. Toch stijgen de kosten in andere EU-landen die net zo goed met die wetgeving te maken hebben, minder hard. Eerdere pogingen tot kostenbeheersing van Kamerleden, zoals het in 2014 aangenomen amendement-De Vries (VVD) om de kosten met niet meer dan de inflatie te laten stijgen, hadden niet het beoogde effect, gelet op de forse kostenstijgingen in de praktijk.

Aan de kwaliteit of efficiëntie van het werk van de toezichthouders zelf ligt het in ieder geval niet. De Nederlandse toezichthouders hebben een goede naam in de wereld. Dit is belangrijk, want goed toezicht is onderdeel van een goed vestigingsklimaat, en dat kost gewoon geld. De vraag is alleen voor wie de rekening moet zijn én hoe sterk die jaarlijks mag groeien.

Het zou juist in het belang van een sterk vestigingsklimaat goed zijn als politiek en financiële sector die ietwat ongemakkelijke vraag samen proberen te beantwoorden.

Misschien vind je dit ook interessant

250 jaar beleggingsfondsen

Nieuws | 15 december 2024
Ter gelegenheid van het 250 jaar geleden opgerichte eerste beleggingsfonds ter wereld, Eendragt Maakt Magt, vond er vandaag op Beursplein 5 een bijzondere gongceremonie plaats.

Nederlanders lopen jaarlijks honderden tot duizenden euro's mis door gebrek aan kennis over beleggen

Nieuws | 06 december 2024
Veel Nederlanders missen financieel rendement door een gebrek aan kennis over beleggen. Uit onderzoek van DVJ Insights, uitgevoerd in opdracht van DUFAS, blijkt dat bijna de helft van de Nederlanders zelf zegt te weinig kennis te hebben om te beleggen.

DUFAS heeft zorgen over fiscale behandeling C.V.'s

Nieuws | 28 november 2024
De nieuwe fiscale regels voor beleggingsfondsen, die vanaf 2025 ingaan, zorgen voor onrust in de sector. Sommige beleggingsfondsen kunnen hierdoor te maken krijgen met onverwachte belastingheffingen, wat hun rendement en de uiteindelijke uitkeringen aan deelnemers onder druk zet.

Zoeken in Nieuws, standpunten en publicaties