Bij dividendstripping wordt het economische belang en de juridische eigendom van aandelen opgesplitst om zo een belastingvoordeel te behalen. Hierbij behoudt een aandeelhouder het economische belang. De juridische eigendom wordt (tijdelijk) overgedragen aan andere partijen die recht hebben op een gunstigere behandeling voor de dividendbelasting. Hierdoor wordt de heffing van dividendbelasting beperkt of voorkomen.
In 2001 is in de nationale wet antimisbruikregelgeving opgenomen om dividendstripping tegen te gaan. Toch heeft onderzoek uitgewezen dat de Belastingdienst dividendstripping niet altijd goed kan bestrijden binnen de huidige wettelijke mogelijkheden. Op grond van de antimisbruikwetgeving heeft een inspecteur er namelijk een zware taak aan om te bewijzen dat er sprake is van dividendstripping. Bovendien is de complexiteit van de structuren afgelopen jaren verder toegenomen.
Met deze consultatie onderzoekt het ministerie van Financiën welke alternatieven er zijn om dividendstripping beter aan te kunnen pakken en welke impact die op de markt hebben. In de consultatiereactie kon reactie gegeven worden op alle 6 alternatieven en andere alternatieven voorgesteld worden. Reageren kon tot 26 januari 2022.
In onze reactie onderschrijven we het belang van de Nederlandse overheid om structuren te bestrijden die voor dividendstripping kunnen zorgen. Onze leden willen op geen enkele wijze betrokken zijn bij dividendstripping. Wel vindt DUFAS het zinvol om meer onderzoek te doen naar de Nederlandse vorm van dividendstripping. Er is namelijk al veel wetgeving om fiscaal agressieve tax planning tegen te gaan, dus dan is de vraag wat het restprobleem in Nederland is. Alleen als dit duidelijk is, kan worden besloten of de wetgeving die dividendstripping moet tegengaan, moet worden aangepast en op welke manier.
Wil je meer weten of heb je vragen over deze consultatie? Stuur een mail naar Lilian Wieringa, manager regulatory affairs bij DUFAS. DUFAS heeft het ministerie van Financiën aangeboden om in een gesprek haar reactie toe te lichten. Naar verwachting wordt in het voorjaar van 2022 de Tweede Kamer verder geïnformeerd over de uitkomst(en) van deze consultatie.